maandag 26 mei 2014

ongeveer 2000 vluchtelingen logeren in Het Godshuis


Oorlogsdagen in 1940 in Het Godshuis

Vrijdag, 24 Mei: De vijand nadert met rassé schreden en we zullen erge dagen beleven. Hij is reeds doorgedrongen voorbij Eeklo op de baan naar Balgerhoeke. ’s Middags zijn ze al tot Kaprijke opgerukt en om 5 u. komen de eerste verkenners in den Gochelaere. Rond 3 ¼ u. komen enkele Duitsers in Belgische uniform langs ’t Nieuw Bedelf de parochie binnen. Ze eisen de kerksleutels om den toren als uitkijkpost te nemen.

Een verwoede tegenslag gaat geleverd worden te Balgerhoeke.’t Soms onuithoudbaar en we zijn gedurende den dag meermaals verplicht naar den kelder te vluchten.

De mensen worden zenuwachtig door ’t mitrailleren en ’t gebulder der kanonnen, want in snel tempo nadert de vijand.

Hoe meer er gevuurd wordt, hoe betrouwvoller de mensen in alle plaatsen bidden. ’s Namiddags zien we de Moershoofdebrug de lucht in vliegen. Rond 4 u. trekken Belgische soldaten, ’t geweer in de hand van boom tot boom, naar Celie toe. Meer en meer horen we schieten. Wat later zien we dichte rookwolken opstijgen. ’t Zijn de 18 boerderijen van onze wijk Celie die afbranden .
Van den Vrijdagnamiddag tot den Zaterdagmorgen hebben Waalse soldaten daar gewerkt en vernield. De bomen zijn ruw afgezaagd en moeten de weg versperren. Aan den overkant van de vaart beschieten ze den vijand van uit de bomen en de loopgrachten. De uren gaan traag voorbij.

Zaterdag, 25 Mei: Een erge nacht was het! De mensen zijn niettegenstaande alles buitengewoon kalm en gerust. Rond de 2.000 personen hebben hier ’n schuilplaats gezocht. Er wordt dag en nacht luidop gebeden.

Iederen dag hebben we de H.Mis in onze kapel kunnen bijwonen, alhoewel er veel geschoten werd.

Rond 7 ½ u. zien we een Duitse schildwacht op den hoek van de grote dreef staan. In alle richtingen loert en zoekt hij, en hij krijgt het benauwd, want men vuurt in ’t rond. We vluchten den kelder in, want ons klooster wordt beschoten langs den Noord-Westenkant. Een obus komt terecht in de kamer van den Heer Directeu. Ze wordt helemaal vernield rond 8 u. Eerwaarde Heer Directeur die rustig zijn ontbijt neemt, wordt wonderlijk gespaard en heeft geen enkel letsel. Een tweede obus vernielt den graanzolder. De schrik overmeestert ons meer en meer, en nog altijd komen er mensen een onderkomen vragen. Eerwaarde Heer Pastoor is ook gehuisvest in den kelder. Wij eten in ’t washuis en zeggen daar ons gebeden.

Duitsers maken de ronde om het klooster met mitrailletten  en geven bevel om hier en daar het licht te doven.

Zondag, 26 Mei: Te 8 uur leest Eerwaarde Heer Pastoor de H.Mis in den  kolenkelder! ‘Lijkt of we in de catacomben zijn. Te 9 uur leest Eerwaarde Heer Onderpastoor eveneens de H.Mis. Het ware anders onmogelijk voor al die mensen aan hun Zondagsplicht te voldoen.

Rond 10 u. brengt men een Belgisch gekwetst soldaat naar ’t lazaret, het is Michel le Grand van Brussel, die den volgenden nacht overlijdt.

Heel den dag, enkele uren uitgezonderd, verblijven we in den kelder. We zien de vliegmachienen zeer laag komen, ze schieren juist boven de bomen. In ’t dorp zijn er veel huizen beschadigd! We beleefden een verschrikkelijke, nacht! Heel de voorgevel van ons huis werd getroffen. Stukken obussen vernielden: vensters, muren en deuren van de spreekplaatsen, gang en naaikamer. Ruim 900 ruiten zijn er gebroken.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten